Er is behoefte aan een totaalvisie op de ontwikkeling van de boulevards in samenhang met aangrenzende gebieden, zoals het kernwinkelgebied, de binnenstad, de sociaal culturele voorzieningen als bijvoorbeeld de musea, theaters en zorgcentra. De boulevards maken daar immers een essentieel onderdeel van uit. Zowel bewoners als toeristen bevolken dit geheel en op die manier krijgt ‘de bruisende stad’ zijn vorm.
Primaire gebruikers van die bruisende stad zijn voetgangers en fietsers. Iedereen kan zich tot die groep rekenen. Zij brengen sfeer en levendigheid, flaneren, verpozen zich en brengen rust op de vele aantrekkelijke terrassen. Zij genieten van het strand, de zee, de maritieme bedrijvigheid en de schitterende zonsondergangen. Ook voor gehandicapten en ouderen is het ongestoord en veilig verpozen.
Natuurlijk is het van belang dat het gemotoriseerd verkeer de bruisende stad gemakkelijk kan bereiken. Voorwaarde daarbij is wel dat automobilisten en motor/scooterrijders hun status verwisselen voor de voetgangersstatus. Met andere woorden: weg met de auto’s, motoren, scooters en brommers!
Visieontwikkeling van een toeristisch kerngebied vereist een samenhangende aanpak voor de totale stad: een goed verkeersplan, spelregels voor de openbare ruimte, een intelligent toegangsregime en voldoende parkeermogelijkheden aan de randen van het gebied in de parkeergarages en op de parkeerterreinen.
Beperking van het gemotoriseerd verkeer zal de kwaliteit van het toeristisch kerngebied, dat dus bestaat uit de boulevards en het kernwinkelgebied, aanzienlijk verhogen. Dat versterkt de menselijke maat, de natuurlijke rust en de levendigheid. Vanzelfsprekend moet daarbij een slim plan worden ontwikkeld voor bevoorrading van bedrijven en horeca, voor hulpdiensten, voor goed openbaar vervoer vanuit de parkeergelegenheden buiten de toeristische zone. Men kan hierbij als voorbeelden denken aan de zonnetrein en de watertaxi.
Ons voorstel is de boulevards bepaalde perioden af te sluiten voor gemotoriseerd verkeer; in de zomermaanden alle dagen en gedurende de winter in de weekends van 13.00 tot 19.00 uur.
De winkeliers en de horecaondernemers zullen, zeker nu er steeds meer terrassen verschijnen, hiervan profiteren.
Op dit moment zijn de boulevards ingericht als fietsstraat. Het gemotoriseerd verkeer is nu al ‘gast’. De verkeersborden geven dat duidelijk aan, maar helaas houdt men zich hier onvoldoende aan. Geluidsnormen en de snelheidslimiet van 30 km worden regelmatig overschreden. Fijnstof, motorlawaai en uitlaatgassen maken het verblijf op de boulevards voor wandelaars, fietsers, terrasbezoekers en bewoners onaantrekkelijk en ongezond. Als er systematisch en nauwkeurig zou worden gehandhaafd zou dat de situatie nu al aanzienlijk verbeteren, maar het is – zoals uit het bovenstaande blijkt – lang niet voldoende.
Piet de Nooijer